Zus
foto cover: Carla Verhoef
Waar gaat het over?
Als Lisa op zesentwintigjarige leeftijd weduwe wordt, blijft ze achter met twee kinderen. Joke, een meisje van vijf en Bas, een jongen van zes jaar. Om niet afhankelijk te zijn werkt Lisa vier nachten per week in een verzorgingshuis. De kinderen zijn al vroeg zelfstandig en onafscheidelijk.
Elf jaar later verandert hun leven als Joke van Bas in verwachting raakt. Lisa is radeloos en Bas wordt het huis uitgezet. Joke wordt min of meer gedwongen om te trouwen. Er wordt een jongetje geboren. De man van Joke is gewelddadig. Als het geweld bijna het leven kost van Joke, neemt Bas haar en hun zoontje in huis om samen als echtpaar verder te leven. Alles lijkt goed te gaan, tot de buurt er achter komt dat ze broer en zus zijn.
Zus is een verhaal over onvoorwaardelijke liefde, maar ook over intolerantie.
Waarschuwing: Het verhaal is fictie, gebaseerd op een ware gebeurtenis. Niet iedere lezer zal zich kunnen verplaatsen in de relaties die in “Zus” worden beschreven.
Een stukje uit het boek
Met hoge snelheid scheurde Bas door de nog verlaten straten naar de woning van Joke, die op hooguit tien minuten afstand van zijn appartement lag. Tijdens de rit zag hij kans om de politie te bellen. In het kort legde hij de situatie uit. Ze beloofden zo snel mogelijk een surveillanceauto te sturen. Met gierende banden bracht hij even later zijn auto tot stilstand voor het huis van Joke. Omdat hij tijdens haar vakanties de planten verzorgde, hing aan zijn sleutelring de sleutel van het huis. Met trillende knieën en een hart dat bonkte in zijn borst, ging hij via de voordeur de woning binnen. In de hal trof hij Joke, liggend in een grote bloedplas, aan. Haar ochtendjas was opengevallen en ter hoogte van haar navel zag hij een gapende wond waar bloed uit sijpelde. Even leek het of zijn hart de dienst weigerde. Hij werd duizelig en dreigde zijn evenwicht te verliezen. In het besef dat Joke hem nu meer dan ooit nodig had vermaande hij zich. Zo te zien had ze veel bloed verloren. Hij knielde naast haar neer en riep haar naam. Ze reageerde niet. Om het bloeden te stelpen trok hij zijn T-shirt uit. Hij maakte er een prop van en duwde daarmee de wond zo goed mogelijk dicht. Hij legde de vingertoppen van zijn vrije hand op haar halsslagader. Heel vaag voelde hij het bloed erdoor pulseren. In paniek zocht hij naar zijn telefoon. Hij vloekte hardop toen hij bedacht dat die nog in de auto lag. Er stopte een auto op de oprit. Kort daarna stond een politieman in de hal.
‘Ik heb gebeld,’ zei Bas. ‘Mijn zus moet naar het ziekenhuis.’
De agent reageerde onmiddellijk. Hij vroeg via zijn portofoon met spoed om een ambulance. Het leek een eeuwigheid te duren, maar achteraf bleek de ambulance binnen tien minuten bij hen te zijn.
Aantal pagina's: 232, ISBN: 978-94-6089-976-8,
prijs: € 17,95
Bestellen?
http://boekscout.nl/shop/ViewProduct.aspx?bookId=1836l of bij de auteur